| Twee citaten | Slotsom | Home | Nadelen | Voordelen | |
Lijstjes in de openbare bibliotheek
Een openbare bibliotheek heeft als hoofdtaak een collectie voor de gebruikers in haar werkgebied ter beschikking te stellen. Niet zo maar een collectie. Nee, een afgewogen collectie. Een collectie die tegemoet komt aan de behoeftes van de gebruikers. Die behoeftes hebben met informatie, educatie en zeer zeker ook met recreatie te maken. Gebruikers maken op verschillende momenten andere keuzes uit het aanbod van de openbare bibliotheek. De ene keer wordt iets geleend om kennis van iets op te doen, een ander keer heeft het te maken met school of een opleiding. Vaak leent men iets met een recreatief oogmerk. Bij de meeste bibliotheekgebruikers lopen deze drie punten in elkaar over. |
Maar welke collectie moet neergezet worden voor de gebruikers. Uitgangspunt is dat het een afgewogen collectie moet zijn. Voor ieder wat. Maar hoe doe je dat? Afgaan op de bestsellerlijsten, gasten die in talkshows op komen draven, vragen vanuit het publiek. Zeker houdt de bibliothecaris die zich met de collectievorming bezighoudt daarmee rekening. Maar er is meer. Een openbare bibliotheek die louter toegeeft aan de vraag van het publiek is niet goed bezig. De collectie moet een afspiegeling zijn van het hele culturele veld. In de collectie behoren titels te zitten die nog niet bekend zijn bij een groot publiek. Uiteraard wordt ook rekening gehouden met de omvang van het werkgebied. De collectie in Berghem is kleiner als in Oss. De collectie van de Centrale bibliotheek in Eindhoven is nog groter. |
Belangrijk is dat de bibliothecaris op de hoogte is van het culturele veld. In de breedste zin. Alles wat zich in de maatschappij afspeelt verdient zijn (vaker haar) aandacht. Niets mag hem ontgaan. Maar dat gebeurt toch. Want er is veel te veel om bij te houden. Hulp is gewenst. De kunst is om anderen voor je laten werken. Je moet op de mening of het advies van anderen durven varen. Sterker nog. Het is een vereiste. Maar op wie moet je afgaan. Je buurman, de onderwijzer van de basisschool, de zwager die veel verstand heeft van films? Zeker. Nicholas Negroponte (remember?!) had het al over zijn schoonzus die hij raadpleegde als hij eens een leuke film wilde gaan zien. Elke bibliothecaris heeft zo wat mensen in zijn directe omgeving die hij bewust of onbewust gebruikt. Maar dat is uiteindelijk toch niet de manier om een verantwoorde collectie op te bouwen en in stand te houden. Wat ook helpt is lezen. Gewoon lezen, lezen. Kranten, tijdschriften, boeken. Musea aandoen, naar de film gaan enzovoorts. Niets bijzonders. Veel Nederlanders vertonen hetzelfde gedrag. Maar de bibliothecaris kan alles wat hij zo opsnuift gebruiken om die mythische evenwichtige collectie op te bouwen en in stand te houden. |
De belangrijkste bronnen waaruit de bibliothecaris kan putten zijn lijstjes. In bijna elke sector wordt van tijd tot tijd een "lijst" gepubliceerd van de belangrijkste .... in die sector. De gerenommeerdste lijst is uiteraard de Nobelprijs.
Niet alleen voor literatuur. Als we ons tot de collectievorming beperken dan gaat het om namen van schrijvers, artiesten, groepen, componisten, kunstenaars en hun producten (de "titels"). In het najaar van 1999 stortten de gezamenlijke media een stortvloed van lijstjes over de burgers uit. De beste ... van de bijna afgelopen 20e eeuw. Een eeuw die trouwens pas op 31 december 2000 eindigde. Maar een kniesoor die dat erg vond: 1-1-2000 was nu eenmaal een mythische datumgrens. |
Wat in de meeste lijstjes opvalt is dat de kenners die de lijsten mogen samenstellen het over de belangrijkste titels vaak eens zijn. In veel lijsten komen vaak dezelfde titels terug. Maar wat nog meer opvalt is dat elke deelnemers het niet na kan laten om minstens twee tot drie titels te noemen die niemand anders noemt. Juist die titels zijn voor de bibliothecaris reden om alert te worden. Als kenner X met die en die achtergrond juist die drie titels noemt dan is het zaak attent te worden. Te meer als kenner Y met ongeveer dezelfde achtergrond en voorkeuren ook die bewuste titels noemt. Noemen van de 40 deelnemers slechts deze twee kenners die titels dan hebben we binnen hun achtergrond of voorkeuren met iets belangrijks te maken. Aankopen voor de collectie! Dit gaat alleen op als alle individuele lijstjes van alle deelnemende kenners worden gepubliceerd. Een totaallijst zonder inzicht in hoeveel personen en wie de bewuste titels noemt is minder zinvol. Ze bevestigen alleen maar wat je al wist. De canon wordt herhaald. Wat op gaat voor een bibliothecaris geldt uiteraard net zo voor de liefhebber. De filmfan, de liefhebber van folkmuziek, de lezer van science fiction boeken kan uit dit soort lijsten informatie halen die hem op een nieuw spoor zet. "Als hij dat noemt dan wordt het zaak voor mij om daar eens achter heen te gaan want ik weet door de jaren heen wat zijn smaak is". |
Niets leukers dan lijstjes is de kop van een stukje van Jip Golsteijn dat in 1999 in Oor verscheen. Jip Golsteijn was sinds mensenheugenis popjournalist bij De Telegraaf. Hij was bijna elk jaar bij (muziekblad) Oor van de partij als het gaat om het inleveren van een muzieklijst. Zijn persoonlijke lijstje wijkt jaar na jaar sterk af van hetgeen hij in zijn artikelen in de grootste krant van Nederland aansnijdt. Wellicht zijn het de lijstjes die hem op de been hielden om de ene eendagsvlieg na de andere aan zich voorbij te zien trekken? Hoe dan ook. Hieronder volgt een flink fragment uit de column in Oor (nummer 6,
1999) " ... een brandende kwestie is het niet, meer een smeulend akkefietje. Kunnen die individuele moordlijstjes terug in Oor? Niets leukers dan lijstjes, het straattheater van de rock & roll. Het ging me nog niet eens om die van zogenaamde geestverwanten, zoals Bert van de Kamp, Hubert van Hoof, Herman van der Horst en Geert Henderickx, wier lijstjes ik bij wijze van spreken zelf wel kan maken, en zij de mijne (...), nee, het ging vooral om die van gepatenteerde gekken als wijlen Edwin Brienen. Even op papier ronddwalen in diens verziekte geest, dat was pas interessant. En leerzaam."
(de individuele lijstjes worden niet meer gedrukt in Oor, maar deze zogenaamde Moordlijst staat wel op internet) |
Dit is de tijd van de lijstjes" merkte Bas Heijne op in de rubriek "99 - het laatste jaar". Schrijver/historicus Bas Heijne heeft in het verleden meerdere malen laten merken dat hij ook in muziek is geďnteresseerd. In 1999 keek hij in 1999 in NRC Handelsblad in de rubriek "99 - het laatste jaar" in het Cultureel Supplement terug op deze eeuw. Een mengeling van geschiedenis en cultuur. Het artikel van vrijdag 18 juni 1999 had als kop "De hitparade van het verleden" en werd vergezeld van een foto van Maria Callas. Het ging niet in het bijzonder over muziek maar meer over het fenomeen dat Jan en alleman bezig schijnt te zijn met terugkijken en het pogen de bijna voorbije eeuw in lijstjes
te vangen. Hier volgt het begin van het
artikel Het slechtste. Het allerergste. Wat mag absoluut niet vergeten worden? Wie moeten we zonder meer meenemen naar een nieuwe eeuw? Wat kan en zal niet ontbreken in ons overbeladen geheugen. ons weliswaar niet noemenswaardig veranderen, maar het voelt toch als een soort verhuizing. Tijd om op te ruimen. Wat kan weg, wat stop je in een doos en breng je naar het Leger des Heils van de
geschiedenis?" Hij eindigt zijn artikel als volgt "Misschien is dat het enig waardevolle aan die lijstjesdwang: je wordt gedwongen er je eigen ervaringen tegenover te stellen. In het domein van je bewustzijn ontbreekt de ordening, je onderhoudt een hoogstpersoonlijke, eigenaardige band met de buitenwereld. Als je je al aan een opsomming wilt wagen, dan is het een opsomming als die van Woody Allen in Manhattan - thuis op bank liggend somt hij alle dingen op die voor hem het leven de moeite waard maken, van de appels van Cézanne en de Jupiter-symphonie van Mozart tot de skyline van Manhattan en het gezicht van zijn geliefde. Het resultaat is geen algemeen lijstje, geen cultureel overzicht van hoogtepunten. Het is iets belangrijkers: een zelfportret."
Volledige column na te lezen in de krantenbank (een internetarchief waarin vijf landelijke PCM-kranten zijn opgenomen) (raadpleegbaar in elke openbare
bibliotheek) |
Bas Heijne slaat de spijker op de kop: het bezig zijn met lijstjes van anderen
kan je dwingen om voor jezelf na te gaan
wat waardevol is.
Nadelen van
lijsten
Uiteraard zijn er nadelen om teveel af te gaan op lijstjes. In willekeurige volgorde:
Het bestuderen van lijstjes houdt af van naar de film gaan, een boek lezen of naar een cd luisteren (alhoewel het laatste perfect samen kan gaan!)
Lijstjes zijn vaak gedateerd. Lijstjes waarin de deelnemers terugblikken op het afgelopen jaar vertonen jaren later een gedateerde aanblik. Velen noemden in dat jaar die titel maar later blijkt dat die ene titel die slechts door een persoon werd genoemd toch de belangrijkste was uit dat jaar. En jaren later blijkt het toch weer een andere te zijn
Onduidelijk is wat de criteria zijn.
Wat is de achtergrond van de deelnemers. Hoe hun waarde oordeel in te schatten.
Hoe serieus hebben de deelnemers hun lijstje ingevuld. Dagenlange studie of een tiental titels laten vallen in een telefoongesprek van 2 minuten?
Het lijstje is altijd een momentopname. Vandaag noem ik deze tien als de belangrijkste films van het afgelopen jaar. Morgen schieten me drie andere titels te binnen |
Veel mensen hebben het druk druk druk. Toch willen ze op vele terreinen cultureel bezig zijn. Als het kan verantwoord. Daartoe lopen er in onze samenleving specialisten rond die dat soort zaken voor ons uitzoeken. Een criticus in krant of tijdschrift is als het ware een verkenner die op pad wordt gestuurd om wekelijks de nieuwe oogst te aanschouwen en er een selectie uit te maken. Als je zo'n verkenner als eenvoudig burger en liefhebber van een bepaald genre gedurende langere tijd actief volgt (lezen, dus) dan kun je zijn oordeel inschatten. Als hij, met die achtergrond, een film afkraakt dan kan ik hem maar beter mijden of juist niet mijden als zijn smaak haaks op de mijne staat.
Recensenten overdrijven vaak. Als je hun recensies leest dan lijkt het vaak of wekelijks meesterwerken worden gepubliceerd. Mag zo'n criticus slechts tien titels noemen die er in een bepaald jaar of periode toe doen dan blijken al die meesterwerken toch minder belangrijk te zijn. Dit gaat met name op voor lijstjes waarin terug gekeken wordt op een langere periode ("de jaren negentig").
Lijstjes dwingen je vaak om na te denken over je eigen smaak. Films die je hebt gezien, boeken die je hebt gelezen, beluisterde cd's. De "kenners" hebben vaak nét een andere smaak. Een reactie daarop zou kunnen zijn : "Waarom, hoezo, hebben zij een betere smaak?! Ze hebben ongetwijfeld meer tijd om naar nieuwe dingen te luisteren als ik. Misschien is het niet verkeerd om eens iets uit te proberen wat ze noemen".
|
Oss, vrijdag 15 maart 2002